Het Erfgoedfonds koopt een uitzonderlijke en meesterlijke tekening van Félicien Rops: La Sphinge (De Sfinx, 1882). Het werk is de énige gekende tekening in kleur voor de reeks ‘Les Diaboliques’.
In december 2016 laat een Belgische privéverzamelaar aan het Musée Rops in Namen weten dat hij een tekening van Félicien Rops van de hand wil doen. Het werk illustreert als geen ander het uitzonderlijke talent van Rops als tekenaar en zijn creatieve geest. Dankzij de tussenkomst van het Erfgoedfonds van de Koning Boudewijnstichting werd de tekening aangekocht en toevertrouwd aan het Musée Rops in Namen.
Rops kreeg in 1882 van uitgever Lemerre (Parijs) de opdracht om de heruitgave te illustreren van de 9 novellen van Les Diaboliques (De Duivelse Vrouwen). Toen de publicatie van Jules Barbey d’Aurevilly in 1874 voor het eerst verscheen, werd die als zo verderfelijk en choquerend ervaren dat hij in beslag genomen werd en vernietigd moest worden.
Rops leest aandachtig elk verhaal en inspireert er zich op, want hij wil dat elke afbeelding de geest van de tekst weergeeft. Op het voorplan toont Rops de relatie van de verdorven vrouw met Satan in een decadent kader. La Sphinge is de eerste illustratie van Les Diaboliques, en dat is wellicht de reden waarom Rops er een kleurtekening van maakt.
Deze typische fin de siècle tekening toont een vrouw in een innige omhelzing met een stenen sfinx. Ze wordt bespied door Satan, gekleed als 19e-eeuwse dandy. De sfinx, alomtegenwoordig in deze decadente verbeelding, stelt de incarnatie voor van de fatale en wrede vrouw. De voorstelling van de vrouw die op het punt staat het kwade te ondergaan onder het toeziend oog van de Duivel, is karakteristiek voor de tijdsgeest alsook voor het werk van Jules Barbey d’Aurevilly. Rops weet hier als geen ander sensualiteit en het macabere te combineren. De tekening kan tevens geïnterpreteerd worden als kritiek op de voorgeschreven moraal van het einde van de 19e eeuw.
Deze tekening is een uitzonderlijk werk, niet alleen omdat ze zo zeldzaam is, maar tevens door de technische kwaliteit van de uitvoering en de symbolische geladenheid van het werk.