De Koning Boudewijnstichting heeft, in het kader van het Fonds Jacques en Jeaninne Versluys-Evrard, vijf hedendaagse wandtapijten gekregen die de heropleving van de wandtapijtkunst illustreren in het Frankrijk en België van de 20ste eeuw. Ze worden toevertrouwd aan het TAMAT, het Centrum voor Tapijtweverij, Muurkunsten en Textielkunsten van de Federatie Wallonië-Brussel.
In de 19de eeuw verkeert de tapijtweverij in verval in Europa. De tapijtwevers kopiëren bij gebrek aan creativiteit steeds meer oude ontwerpen en ontwikkelen slechts weinig nieuwe modellen. Vanaf het interbellum ijvert een nieuwe directeur van de Nationale School voor Sierkunsten van Aubusson (Frankrijk) ervoor om het blazoen van de tapijtweefkunst op te poetsen. Zo associeert het atelier Tabard in Aubusson zich in 1937 met de kunstenaar Jean Lurçat. Onder zijn impuls en die van andere artiesten zoals Saint-Saëns, Dom Robert, Matégot of Calder, beleeft de tapijtweverij een echt creatief elan en vernieuwt ze zich met grote composities vol kleuren en geometrische vormen. Aangezien de interieurs soberder worden en de muuroppervlakten groter, wordt de tapijtweverij algauw beoefend als sierkunst. Zo wordt Aubusson opnieuw het centrum van de tapijtweefkunst in Frankrijk.
Bij de geschonken wandtapijten vinden we onder meer ‘De salamander’ van Jean Lurçat, die tegelijk schilder, keramist en tapijtwever is. Hij herstelt de tapijtweefkunst in ere en zorgt voor een economische heropleving van de ateliers, door de bestellingen te stimuleren, Aubusson te mediatiseren en op die manier ook heel wat nieuwe banen te scheppen.
In navolging van Jean Lurçat produceren de ontwerpers Dom Robert en Jean Picart Le Doux eveneens kwaliteitswerken in Aubusson. De Koning Boudewijnstichting kreeg ‘Ciel rouge’ van Jean Picart Le Doux en ‘Les canards de Loul’ van Dom Robert. Die laatste, een benedictijnermonnik, laat een oeuvre na van topkwaliteit en van uitzonderlijke omvang. Zijn poëtische en kleurrijke stijl valt makkelijk op door zijn op de natuur geïnspireerde onderwerpen.
Tot slot werden er nog twee wandtapijten van de Belgische kunstenaar Edmond Dubrunfaut geschonken: ‘En arrêt’ en een wandtapijt zonder titel. Dubrunfaut ligt aan de oorsprong van de heropleving van de tapijtweefkunst in België en weefde zijn tapijten vaak in Doornik, in het CRECIT, het Onderzoeks- en Testcentrum en Centrum voor Wetenschappelijke en Technische Controles voor de Textielindustrie.