De 31 projecten voor glasramen werden aangekocht door het Fonds Léon Courtin – Marcelle Bouché. Ze waren bestemd voor de Sint-Hadelinuskerk in Celles (provincie Namen), een geklasseerde kerk uit de 11e eeuw vervaardigd in Mosaanse bouwstijl, nl. een typisch Romaanse stijl in het Maasgebied. Voor de realisatie van deze projecten werden vier kunstenaars aangesproken die hiervoor de handen in elkaar sloegen: Jo Delahaut (1911-1992), Jean Retz (1910-1998), Louis-Marie Londot (1924-2010) en André Blank (1914-1987). Alle vier waren het vertegenwoordigers van de geometrische abstractie, de stijl waarin dit glasramenproject werd uitgevoerd. Het zijn voornamelijk Londot en Blank die naam verwierven als glasraamkunstenaar tijdens de wederopbouw.
Elke artiest kreeg ongeveer 10 m² ter beschikking voor hun project en Jo Delahaut werd aangewezen voor het ontwerp van het centrale glasraam in het koor. De centrale glaspartij werd omgeven door respectievelijk 2 projecten van Jean Retz en 2 projecten van Louis-Marie Londot. De projecten van André Blank waren vooral voor de kleinere ramen van de koorabsis bedoeld. De vier kunstenaars zijn erin geslaagd elk hun eigen creativiteit te behouden en tegelijk een uniformiteit tussen de projecten te realiseren. Ze kozen elk hun eigen manier voor de uitvoering: collages, afdruk, verf, aquarel op papier of karton.
De projecten dateren uit de jaren 1970-1971, maar de glasramen werden echter nooit gerealiseerd. Vermoedelijk werden de abstract geometrische projecten te eigentijds en modern bevonden en werd uiteindelijk gekozen voor klassieke glasramen.
Door de oorlogsschade aan de Sint-Hadelinuskerk, kwam dit glasramenproject tot stand. Het is een mooi voorbeeld van moderne en kleurrijke glasramen die gerealiseerd werden vanaf de jaren ’50, een periode waarin vele nieuwe projecten voor de bouw en renovatie van kerken tot stand kwamen. De eigentijdse glasramen gaven een moderne toets aan de oude kerken en brachten kleur in de kerken die toen gebouwd werden.
Deze 31 kartonnen zullen in depot geplaatst worden in het ‘Centre d’Archives et de Documentation’ van de ‘Commission royale des Monuments, Sites et Fouilles’ in Luik en zullen in de toekomst verder worden bestudeerd.